3 januari 2023

De nieuwe BRCGS en IFS, wat brengen zij ons?

BRCGS 9 is gepubliceerd, de definitieve versie van IFS 8 vraagt nog enig geduld. Belangrijke wijzigingen zijn er over voedselveiligheidscultuur, competenties en validatie. Dit is gedaan vanwege vernieuwingen in de Codex Alimentarius en het Global Food Safety Initiative (GFSI). Wat zijn de belangrijkste veranderingen?

Het verbeteren van de voedselveiligheidscultuur is niet nieuw. Sinds jaar en dag is Précon bezig om mensen te trainen op gedrag, meer dan op kennis. Dat medewerkers bekend zijn met de manier waarop een haarnetje gedragen moet worden, betekent immers nog niet dat dit ook zo gebeurt. Veel meer dan door kennis wordt gedrag gestuurd door de cultuur waarin we ons bevinden. De cultuur in een bedrijf vormt zich vaak nogal onbewust en het veranderen van die cultuur is daarom lastig, maar niet onmogelijk.

Positieve open cultuur

Ook hier geldt dat met name het management achter de verandering moet staan en dat ook uitdraagt. Als de kwaliteitsmensen de enige kartrekkers zijn, is dit gedoemd te mislukken. Goed voorbeeld doet goed volgen, en vanuit de wil om aan te sluiten bij de groep zullen medewerkers dit gedrag als vanzelfsprekend overnemen. Een positieve open cultuur met opbouwende kritiek leidt tot minder fouten en verbetert de sfeer. Medewerkers zijn dan eerder geneigd te blijven en dat is in deze tijd ook niet onbelangrijk.

Eisen aan de voedselveiligheidscultuur zijn al in eerdere versies van BRCGS en IFS geïntroduceerd. Nu wordt specifieker aangegeven dat er aan verbetering moet worden gewerkt. Het management moet cultuurverbetering initiëren, ondersteunen en volgen. In audits wordt hiernaar gevraagd.

Voor bedrijven is het vaak lastig om voldoende medewerkers te vinden en het grote aantal wisselingen verhoogt de kans op fouten. Voor CCP’s is het al gebruikelijk dat medewerkers worden getraind. BRCGS en IFS eisen nu ook dat belangrijke basisvoorwaarden en controles aantoonbaar worden uitgevoerd door competente medewerkers. Analyses voor HACCP, fraude en food defense moeten worden opgezet en onderhouden door competente medewerkers. Alle medewerkers, ook tijdelijke werknemers en externen, dienen vooraf getraind te worden op hun taken en op de relevante hygiëneregels. Menselijke fouten zijn vaak de oorzaak van recalls en de achtergrond van deze wijziging is daarom goed te begrijpen.

Als de afdeling kwaliteit de enige kartrekker is is dit gedoemd te mislukken

Validatie: HACCP-plan

In de 2020-versie van de General Principles of Food Hygiene (GPFH) van de Codex Alimentarius speelt validatie een grote rol. In de voorgaande versie was validatie gericht op beheersmaatregelen en kritische limieten, in de nieuwe versie wordt validatie betrokken op het HACCP-plan als geheel. Beoordeeld moet worden of het plan in staat is de veiligheid van de producten te garanderen. De validatie is dan gericht op de identificatie van gevaren, kritische controlepunten, kritische limieten, beheersmaatregelen, monitoring, corrigerende maatregelen en verificatie.

Nieuwe GPFH: Basisvoorwaarden belangrijker

In de nieuwe GPFH wordt erkend dat sommige basisvoorwaarden een grotere bijdrage leveren aan de voedselveiligheid dan andere. Deze basisvoorwaarden worden aangeduid als GHP’s that require greater attention. In lijn hiermee stelt BRCGS nu dat validatie ook van belang is voor basisvoorwaarden die zijn gericht op specifieke gevaren. Hierbij kan het gaan over bijvoorbeeld het reinigingsprogramma en het gescheiden houden van allergenen.

In BRCGS is nu ook de commissioning van nieuwe apparatuur opgenomen. Deze commissioning beoogt de veiligheid en kwaliteit te borgen van de eerste productieruns met nieuwe machines. Ook de draftversie van IFS 8 kent een dergelijke eis. Daarnaast verlangt die standaard de validatie van onder meer de houdbaarheid van producten, de bereidingsvoorschriften, de informatie over voedingswaarde, de geschiktheid van de verpakking en van procedures voor herverwerking. De recalls op ethyleenoxide maakten weer eens duidelijk dat de veiligheid van grondstoffen een aanzienlijk risico vormt. Procedures voor grondstoffen en leveranciers worden in BRCGS dan ook gezien als fundamenteel. IFS kent een knock-out-criterium voor het beschikken over specificaties.

Gevarenanalyse grondstoffen

BRCGS verlangt een beoordeling van de gevaren in grondstoffen en verpakkingsmaterialen inclusief de mogelijkheid op fraude. De goedkeuring van leveranciers moet gebaseerd zijn op GFSI-erkende certificering of op een leveranciersaudit. Een vragenlijst kan volstaan, maar alleen in geval van lage risico’s. De acceptatie van grondstoffen dient te bestaan uit het afnemen van monsters en analyse of visuele inspectie bij ontvangst of een analysecertificaat bij elke levering. Verpakkingsmaterialen moeten worden geleverd met een verklaring van conformiteit. De draft-versie van IFS 8 kent ook een dergelijke benadering, maar gaat niet zo ver als BRCGS.

Een gevarenanalyse op grondstoffen is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Veel bedrijven kennen de gevaren in de eigen processen goed, maar voor de grondstoffen ligt dit wel anders. In Europese verordeningen zoals 1881/2006 en 2073/2005 staat een groot aantal combinaties van gevaren en grondstoffen, en verordening 2019/1793 voegt daar nog het land van herkomst aan toe. Het bijhouden van deze wetgeving is geen sinecure en voor bedrijven met samengestelde consumentenproducten is dit een vrijwel onmogelijke opgave. De gevarenanalyse bestaat dan zomaar uit enkele honderden, zo niet meer dan duizend regels. Vervolgens is het een hele uitdaging om, op basis van deze analyse, een plan te maken voor de verificatie van de veiligheid van grondstoffen. De kosten van zo’n plan lopen nogal op en de bijdrage aan de risicobeheersing is vaak niet echt duidelijk.

Veel bedrijven kennen de gevaren in de eigen processen goed, maar voor de grondstoffen ligt dit anders.

Nieuwe softwaretool: GINO

Een database met de wettelijke eisen voor de verschillende gevaren kan uitkomst bieden. Maar een database alleen helpt nog niet echt. Het inschatten van risico’s, het verwerken van wijzigingen en de megagrote bestanden blijven. In 2023 lanceert Précon daarom een nieuwe softwaretool, GINO genaamd. Deze software biedt de gebruiker direct inzicht in de gevaren van grondstoffen en in de actuele risico’s. Met een instelbaar beslismodel maakt GINO vervolgens een verificatieplan dat per grondstof en per leverancier de verificatieactie aangeeft. Voor Précon en haar klanten is dit een belangrijke stap in de verdere versterking van de voedselveiligheid.

Meer weten?

Wil je meer informatie over de nieuws BRCGS? Kijk dan op de trainingspagina BRCGS Food versie 9 of neem contact met ons op via info@precon.group of +31 30 65 66 010.

Auteur

Anne Marij Kramer-Koster
Anne Marij Kramer-Koster

Inschrijven nieuwsbrief Blijf op de hoogte