27 september 2024

Gaat duurzaamheid hand in hand met voedselveiligheid en kwaliteit? 6 overeenkomsten

Voedselproducenten krijgen meer en meer te maken met het thema duurzaamheid. Hoe kunnen bedrijven dit thema het beste aanpakken? En in hoeverre gaat duurzaamheid hand in hand met voedselveiligheid en kwaliteit? In dit artikel zes overeenkomsten op een rij.

Het thema duurzaamheid staat hoog op de politieke en maatschappelijke agenda. Het is daarmee ook een belangrijk gespreksonderwerp voor veel bedrijven. Met name vanuit de EU zien we, in veel gevallen als onderdeel van de Green Deal, steeds meer duurzaamheidswetgeving die verplichtingen oplegt aan bedrijven. Zonder in detail te gaan, kunnen we denken aan de ontbossingswetgeving (EUDR), CSRD, CSDDD, Green Claims Directive, PPWR en de recent aangenomen Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR). De praktijk leert dat in feite alle bedrijven met het thema duurzaamheid te maken krijgen. In directe zin, omdat ze zelf onder de scope van duurzaamheidswetgeving vallen. Of indirect, doordat ze leverancier zijn van een klant die onder deze scope valt en die vanuit zijn ketenverantwoordelijkheid duurzaamheidseisen oplegt aan zijn leveranciers.

Overeenkomsten kwaliteit, voedselveiligheid en duurzaamheid

Ook in certificatiestandaarden voor voedselveiligheid krijgt duurzaamheid een steeds prominentere plaats. In de laatste update van FSSC 22000 is het thema voedselverspilling toegevoegd. En ISO 22000 verplicht sinds kort aandacht te besteden aan het thema klimaatverandering in de contextanalyse.

Bedrijven doen er daarom goed aan om te acteren op dit groeiende belang van duurzaamheid. Maar hoe is dit onderwerp aan te pakken? Duurzaamheid kent in veel opzichten eenzelfde benadering als kwaliteit en voedselveiligheid. Het kan dan ook heel goed worden geïntegreerd in het managementsysteem dat een bedrijf daar al voor heeft ingericht. Zes overeenkomsten tussen kwaliteits-, voedselveiligheids- en duurzaamheidssystemen lichten we toe.

1. Context- en stakeholdersanalyse

ISO (en dus ook FSSC) 22000 eist dat een bedrijf om zich heen kijkt en bepaalt welke issues en ontwikkelingen er gaande zijn in de wereld om hem heen. Ook duurzaamheid vraagt een blik naar buiten om te zien welke issues van belang zijn. Duurzaamheid heeft betrekking op de impact (of het risico daarop) van een bedrijf op zijn omgeving. Dat wil zeggen op milieu- en/of sociale issues. Hiervoor gebruiken we vaak de term ESG: Environmental, Social and Governance. Dit verlangt van een bedrijf om een goede analyse te maken van de context waarbinnen zijn productieprocessen zich afspelen. Op basis daarvan kan een bedrijf beoordelen of en zo ja, welke milieu- en/of sociale issues in het geding zijn. Dit is niet anders dan wat een bedrijf ook al gewend is te doen voor de kwaliteit en voedselveiligheid van zijn producten.

Daarnaast verwacht ISO 22000 dat bedrijven stakeholders in kaart brengen om inzicht te krijgen in hun eisen en verwachtingen. Voor duurzaamheid moet een bedrijf hetzelfde doen. Het is goed om te bedenken dat in het geval van duurzaamheid de groep stakeholders vaak breder is dan bij ISO 22000. Dit komt omdat met name ook die stakeholders (of hun vertegenwoordigers) moeten worden betrokken, die de impact van de bedrijfsactiviteiten ervaren.

2. Risicoanalyse kwaliteit en duurzaamheid

Handelen op duurzaamheidsthema’s draait, net als bij kwaliteit en voedselveiligheid, om risicobeheersing. Waar de HACCP-methodiek bij voedselveiligheid wordt toegepast, is bij duurzaamheid de zogeheten materialiteitsanalyse en -beoordeling leidend. Het gaat hierbij niet alleen om risico’s binnen het eigen productieproces, maar ook om risico’s of impact in de keten, zowel upstream als downstream.

De beoordeling van deze risico’s kent bij kwaliteit, voedselveiligheid en duurzaamheid min of meer dezelfde methodiek. In alle gevallen wordt het risico bepaald door een combinatie van ernst en kans. De inschatting daarvan is overigens niet eenvoudig en afhankelijk van veel factoren. Van bedrijven wordt verwacht dat zij op basis van een risicoanalyse en -beoordeling de hoogste risico’s prioriteren.

3. Maatregelen, monitoring & verificatie

Een bedrijf moet gepaste (beheers)maatregelen nemen om de geprioriteerde risico’s te voorkomen of te beperken. Deze maatregelen worden bewaakt. Voor voedselveiligheid heet dit de ‘monitoring’ en is er sprake van de specifieke labels CCP en OPRP (of CP). Duurzaamheid kent weliswaar niet dergelijke benamingen, maar ook daarbij is goede monitoring nodig om te zien of de afgesproken maatregelen worden uitgevoerd. Na verloop van tijd vindt in beide gevallen een evaluatie plaats. Daarbij wordt er geverifieerd of de maatregelen correct zijn uitgevoerd en hebben geleid tot het gewenste resultaat.

4. Relatie met leveranciers

Sommige voedselveiligheidsrisico’s vinden niet in het eigen proces plaats, maar in de keten, zoals bijvoorbeeld bij leveranciers. Bedrijven stellen daarom eisen aan de leveranciers ter waarborging van de voedselveiligheid en kwaliteit van de grondstoffen. Bij risico’s ten aanzien van duurzaamheid die plaatsvinden in de keten is dit niet anders. Wel staat dit in de praktijk in veel gevallen nog in de kinderschoenen. Meer en meer bedrijven sturen wel al vragenlijsten naar hun leveranciers over duurzaamheidsissues. De leveranciersselectie en -beoordeling die al langer gebruikelijk is bij kwaliteit en voedselveiligheid, zal naar verwachting ook bij duurzaamheid gaan spelen.

5. Continu verbeteren door middel van Plan, Do, Check, Act

In alle standaarden voor voedselveiligheids- en kwaliteitsmanagement staat continu verbeteren centraal. Aan de hand van de PDCA-cirkel werken bedrijven systematisch toe naar een steeds hoger niveau. Het due diligence-model dat geldt bij duurzaamheid kent deze verbetercyclus ook, zoals blijkt uit onderstaand plaatje.

De zes due diligence stappen. Bron: OECD-Due-Diligence-Guidance-for-Responsible-Business-Conduct.

6. Betrokkenheid directie

De thema’s kwaliteit, voedselveiligheid en duurzaamheid zijn niet alleen relevant voor bijvoorbeeld de kwaliteits- of duurzaamheidsmanager. Deze thema’s hebben ook raakvlakken met diverse andere afdelingen binnen een bedrijf. Visie, sturing en keuzes vanuit de directie zijn daarom noodzakelijk. Dit zal helderheid geven over de richting die het bedrijf op wil, waardoor alle afdelingen in lijn daarmee en in afstemming met elkaar kunnen werken.

Conclusie kwaliteit en duurzaamheid

Gaat duurzaamheid hand in hand met voedselveiligheid en kwaliteit? De zes overeenkomsten hierboven laten zien dat dit het geval is. Het bestaande managementsysteem biedt duidelijk ruimte voor integratie van duurzaamheid. Dat wil niet zeggen dat de kwaliteitsmanager dus ook automatisch verantwoordelijk is voor de implementatie van het thema duurzaamheid. De ontwikkelingen en het toenemende belang van duurzaamheid vragen meer en meer om een visie en een strategie van een bedrijf. Daarmee zou het thema duurzaamheid een terugkerend agendapunt moeten zijn voor de directie.

Meer weten over het thema duurzaamheid?

Neem contact met ons op via info@precon.group of +31 30 65 66 010.

Auteur

Josette Hermans
Josette Hermans

Inschrijven nieuwsbrief Blijf op de hoogte