Gezondheidsclaims worden streng gereguleerd in de Europese Unie. Een nieuwe gezondheidsclaim mag niet zomaar gebruikt worden voordat deze is goedgekeurd. Hiervoor moet onder andere bewijsmateriaal worden aangeleverd. Recent zijn er een aantal ingediende gezondheidsclaims afgekeurd. Waarom zijn deze gezondheidsclaims afgekeurd?
Altijd volledig geïnformeerd en up-to-date over wetgeving?
Verordening 1924/2006 reguleert voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen in de Europese Unie (EU). Een gezondheidsclaim wordt hierin gedefinieerd als een claim die stelt, de indruk wekt of impliceert dat er een verband bestaat tussen een levensmiddelcategorie, een levensmiddel of een bestandsdeel daarvan en de gezondheid.
In verordening 1924/2006 wordt onderscheid gemaakt tussen 3 soorten gezondheidsclaims. Namelijk: gezondheidsclaims over ziekterisicobeperking, gezondheidsclaims over de ontwikkeling en gezondheid van kinderen, en gezondheidsclaims die gaan over de normale rol van een voedingsstof bij groei en ontwikkeling en functies van het lichaam.
Gezondheidsclaims mogen niet gebruikt worden, tenzij ze zijn opgenomen in de communautaire lijst met goedgekeurde gezondheidsclaims. De claims in deze lijst mogen alleen worden gebruikt indien aan de genoemde voorwaarde wordt voldaan.
Nieuwe gezondheidsclaim?
En wat als je een gezondheidsclaim wilt gebruiken die niet op de lijst staat? Dan kan je als bedrijf een verzoek indienen voor een nieuwe gezondheidsclaim. In artikel 15 van verordening 1924/2006 is opgesomd wat precies een aanvraag moet bevatten. Zo moet de aanvraag bijvoorbeeld de verrichte onafhankelijke onderzoeken bevatten die aantonen dat de gezondheidsclaim klopt. Daarnaast moet er een voorstel voor de formulering van de gezondheidsclaim in staan.
De aanvraag wordt door de nationale bevoegde autoriteit doorgestuurd naar de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) die de aanvraag beoordeeld. De EFSA brengt hier vervolgens een advies over uit en deelt dit advies met de Europese Commissie (EC), de lidstaten en de aanvrager. De EC neemt uiteindelijk het definitieve besluit over de opname in de communautaire lijst op basis van het advies van de EFSA en andere factoren.
Gezondheidsclaim biologische levensmiddelen
De Technische Universiteit van Cyprus heeft de gezondheidsclaim ‘Biologische levensmiddelen (lagere gehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen dan in conventionele levensmiddelen) dragen bij aan de bescherming van lichaamscellen en – moleculen (lipide en DNA) tegen oxidatieschade’ ingediendmet als doelpopulatie gezonde kinderen van 3 tot 15 jaar.
De EFSA adviseerde vervolgens om deze gezondheidsclaims over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen niet op te nemen in de communautaire lijst. De EC besloot op basis van dit advies de claim niet te gebruiken.
De EFSA vond namelijk dat een specificering van het gehalte aan bestrijdingsmiddelenresiduen dat een levensmiddel ‘biologisch’ maakt ontbreek. Dit gegeven ontbrak zelfs in de aangeleverde studies die de gezondheidsclaim moesten onderbouwen. Aangezien in de gezondheidsclaim ‘biologische levensmiddelen’ centraal staat en dit niet goed is gespecificeerd, kan er volgens de EFSA geen oorzakelijk verband worden vastgesteld. De claim voldoet dus niet aan de voorschriften van de claimsverordening.
Gezondheidsclaim bèta-glucanen uit haver en/of gerst
Nestlé diende daarnaast een gezondheidsclaim in met betrekking tot bèta-glucanen uit haver en/of gerst die onder druk zijn gekookt. De ingediende gezondheidsclaim luidt als volgt ‘De consumptie van bèta-glucanen uit haver en/of gerst in ontbijtgranen draagt bij tot een vermindering van de bloedglucosestijging na de maaltijd’. Ook voor deze gezondheidsclaim bracht EFSA een negatief advies uit.
EFSA gaf aan dat er daadwerkelijk een effect van bèta-glucanen op het verminderen van de postrandiale glykemische respons is op basis van het bewijsmateriaal. Een dosis-responsrelatie is echter niet getest. Een vermindering bij een doses van 1,3g bèta-glucanen per 25g beschikbare koolhydraten, dat van toepassing is op de ontbijtgranen, kon daarom niet worden geconcludeerd.
Daarnaast ontbrak het bewijs dat bèta-glucanen verwerkt en gekookt onder druk in ontbijtgranen een groter effect hebben op de postrandiale glykemische respons, dan wanneer het toegevoegd is aan andere koolhydraat houdende producten. Op basis van het EFSA-advies besloot de EC daarom om ook deze claim niet op te nemen in de EU-lijst.
Onvoldoende wettenschappelijk bewijs
Onvoldoende wettenschappelijk bewijs speelt regelmatig een rol in de afkeuring van gezondheidsclaims. Zo diende Sensus B.V. de claim ‘Frutalose®oligofructose van chicorei draagt bij aan een regelmatige darmfunctie door de frequentie van de stoelgang te vergroten’ in. Deze claim is afgekeurd omdat dit effect door maar 1 studie is aangetoond en niet is gerepliceerd in andere studies. Dezelfde reden resulteerde in een afkeuring van de claim ‘Affron® draagt bij aan het behouden van een gezonde gemoedstoestand door de negatieve eigenschappen van depressieve en angstige gevoelens te verminderen’ van Pharmaactive Biotech Products. Tenslotte is de ingediende claim van Praline i Cokolada j.d.o.o ‘MegaNatural®-BP helpt een gezonde bloeddruk in stand te houden’ afgekeurd omdat van de 2 studies maar 1 studie een positief effect van MegaNatural®-BP aantoonde.
Goede onderbouwing essentieel
Het is dus erg belangrijk om er voor te zorgen dat een gezondheidsclaim goed onderbouwd is door algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens. Zorg ervoor dat er genoeg studies beschikbaar zijn die de claim aantonen en dat het bewijs specifiek genoeg is om jouw claim te onderbouwen. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk dat de hoeveelheid die de consument binnenkrijgt bij een ‘normale portie’ een bewezen effect heeft volgens de onderzoeken. Tenslotte is het erg belangrijk om alle termen in de gezondheidsclaim zo concreet mogelijk te definiëren en ervoor te zorgen dat deze termen overeenkomen met de gebruikte termen in het bewijs.
Meer weten?
Neem contact met ons op via info@precon.group of +31 (0)30 – 65 66 010.